Aangenaam wonen wordt bepaald door veel factoren, maar één van de belangrijkste is toch wel geluid. En dan met name een teveel aan geluid. Door in het ontwerptraject aandacht te besteden aan de geluidsisolatie kan veel discussie in een later stadium worden voorkomen. In het Besluit Bouwwerken Leefomgeving (BBL), voorheen het Bouwbesluit, staan de eisen omschreven waar bijvoorbeeld nieuwbouw aan moet voldoen, deze zijn te vinden in hoofdstuk 4.
De eisen voor geluidsisolatie bestaan uit meerdere onderwerpen, zo zijn er eisen voor geluid van buiten, door installaties, galm en geluidsisolatie tussen ruimten. Alle eisen voor geluidsisolatie zijn belangrijk, maar in het (constructieve) ontwerptraject is de geluidsisolatie tussen ruimten vaak maatgevend. Bij de geluidsisolatie tussen ruimten wordt onderscheid gemaakt tussen luchtgeluidsisolatie en contactgeluidsisolatie.
Voor de woningbouw, grondgebonden en appartementen, zijn er duidelijke waarden aangegeven. Andere functies, zoals zorg, onderwijs en logiesverblijven, staan minder duidelijk omschreven en dan is het aan de opdrachtgever om hier helderheid over te geven. Verderop in het artikel lees je meer over de aangegeven waarden.
Luchtgeluid ontstaat als een geluidsbron de lucht rechtstreeks aan het trillen brengt, denk aan praten, luidsprekers of geluid van machines. Bij een praktijkmeting wordt dan ook het verschil gemeten van geluidsniveau tussen de twee aansluitende ruimten. Het kan zich op verschillende manieren verplaatsen door een woning of gebouw. Direct door de lucht of via de wanden of vloeren, maar ook als flankerend geluid via de wanden en vloeren. Let op, dit is niet hetzelfde als contactgeluid via de constructie.
Bij contactgeluid worden de trillingen direct op de constructie overgebracht en via die weg doorgegeven naar andere woningen of ruimten. Bijvoorbeeld lopen op de vloer of trillingen van apparaten zoals een wasmachine. Praktijkmetingen voor het meten van contactgeluid vinden ook plaats door middel van een hamerapparaat dat op de vloer tikt en daarbij het geluidsniveau te bepalen in de aansluitende ruimte. Dit betekent dan ook dat indien in de ontvangstruimte een lagere waarde wordt gemeten de geluidsisolatie dus beter is. Vloeren zijn voor contactgeluid de belangrijkste manier om het geluid te dempen. Dit door het aanbrengen van voldoende massa of door toepassing van een goed uitgevoerde zwevende dekvloer.
Maar wat zijn nu de concrete getallen die genoemd worden in het BBL? In tabel 4.112 staat per gebruiksfunctie aangegeven welk artikel van toepassing is voor het bepalen van de eisen. De tabel hoort bij hoofdstuk 4.3.4 en artikel 4.112.
Uit de tabel volgt dat voor woningbouw vooral de artikelen 4.113 en 4.114 belangrijk zijn. Artikel 4.113 gaat over de eisen richting een ander perceel (vaak gaat dit over grondgebonden woningen) en artikel 4.114 gaat over de eisen op hetzelfde perceel (vaak appartementen). Voor beide artikelen geldt dat de lid 1 en 2 gaan over de luchtgeluidsisolatie. Lid 3 en 4 gaan over de contactgeluidsisolatie.
Op basis van de genoemde artikelen en leden zijn er de volgende eisen voor woningbouw voor woningscheidende wanden:
Luchtgeluid Dn;T;A,k = ≥ 52 dB (het genormeerde luchtgeluidniveauverschil volgens NEN 5077)
Contactgeluid Ln;T;A = ≤ 54 dB (het genormeerde contactgeluidniveauverschil volgens NEN 5077)
Belangrijk om te weten is dat hoe hoger het getal bij luchtgeluid hoe hoger de geluidsisolatie van de wand zal zijn. Bij contactgeluid is het juist andersom, hoe lager het getal hoe hoger de geluidsisolatie zal zijn.
Het zijn tamelijk abstracte getallen en je krijgt hiermee niet gelijk inzicht in welke dikte wanden en vloeren je het beste kunt toepassen om de juiste geluidsisolatie te behalen. Om dit handen en voeten te geven is er de NPR 5070. Deze Nederlandse Praktijk Richtlijn geeft de minimale gewichten voor vloeren en wanden in verschillende situaties om te voldoen aan de geluidseisen.
Zoals eerder gezegd zijn de geluidseisen voor ‘’functies anders dan een woonfunctie’’ minder duidelijk vastgelegd. Opdrachtgevers van projecten met een andere functie hebben hier dan een grotere rol in om de eisen aan te geven. Wel zijn er enkele richtlijnen of hints die voor andere functies gebruikt kunnen worden.
Binnen onderwijsgebouwen is geluidsisolatie uiteraard ook belangrijk. Om opdrachtgevers op weg te helpen heeft het ministerie van Binnenlandse Zaken het Programma van Eisen Frisse Scholen 2021 (PvE) laten opstellen. Hierin staan allerlei zaken voor energiezuinige en gezonde scholen, waaronder ook eisen voor geluid. Het PvE kent drie ambitieniveaus, C tot en met A. Waarbij C voldoende is en A uitmuntend.
Hieronder staan de eisen voor de geluidsisolatie per ambitieniveau tussen lokalen onderling:
De eis tussen lokalen is de zwaarste eis, voor scheidingen tussen andere ruimtes kunnen lagere eisen van toepassing zijn. Deze zijn terug te vinden in het PvE. Dit document is te vinden op de website van de rvo. https://www.rvo.nl/onderwerpen/verduurzaming-utiliteitsbouw/maatschappelijk-vastgoed/onderwijsgebouwen-po-en-vo
De functie zorg is een zeer diverse groep met een even divers pakket van eisen als het gaat om geluid. Dit houdt in dat de geluidseisen in een zorggebouw vaak maatwerk zullen zijn. De eisen zullen dan worden bepaald door de opdrachtgever in samenspraak met een akoestisch adviseur.
In het algemeen kunnen de volgende uitgangspunten worden aangehouden:
Voor logiesfuncties liggen de eisen ook niet vast in het BBL en zal het in grote mate van de opdrachtgever afhangen. Nu zal in veel gevallen niet gekozen worden voor het niveau van een woonfunctie, maar wel voor een stapje lager. In eerdere versies van het Bouwbesluit werd wel een waarde gegeven en die lag 5 dB lager dan bij een woonfunctie. Dit houdt in dat de waarde voor het luchtgeluid dan 47 dB wordt, voor contactgeluid wordt het 59 dB. Hiermee zal binnen een logiesfunctie een goed niveau van geluidsisolatie tussen de kamers worden gerealiseerd. Uiteraard kan er gekozen worden om een andere waarde aan te houden.
Zoals uit bovenstaande blijkt zijn er verschillende eisen en richtlijnen voor de geluidsisolatie voor verschillende functies. Hieronder een samenvatting van de eisen per functie.
Er gelden ook eisen voor de geluidsisolatie van gevels in verband met vliegtuig-, spoorweg-, autoverkeer- of industriegeluid. Met de gebruikelijke kalkzandsteen gevelconstructies, zoals een geïsoleerde spouwmuur, kan aan de gestelde eisen worden voldaan. Raamkozijnen en ventilatieroosters zijn de bepalende onderdelen waarop maatregelen nodig zijn, zoals kierdichting, suskasten enz.. Voor de opbouw hiervan wordt verwezen naar desbetreffende glas- raam- en ventilatieroosterleveranciers.
Geluidsisolatie per wanddikte
De luchtgeluidsisolatie tussen twee ruimten is niet alleen afhankelijk van de dikte, maar ook van de detaillering en uitvoering van aansluitende constructies.
In onderstaande tabel vindt u de waarden gebaseerd op laboratoriummetingen. En ook de waarden die in de praktijk haalbaar zijn met de genoemde wandopbouw.
Soms wordt een hogere geluidseis (meer dan +5 dB of 57 dB) aan een wand gesteld. Deze waarde kan gehaald door een massieve wand te combineren met een voorzetwand.